Kaneelbroodjes zijn zóó lekker! En deze versie smaakt extra goed, want deze broodjes zijn heel erg snel klaar. Ze hoeven namelijk niet te rijzen, ze kunnen zó de oven in. Hoe fijn is dat! Ik ben zo blij met het resultaat, haha! 

Ik heb wel vaker kaneelbroodjes met gistdeeg gemaakt. Maar die broodjes moeten eerst rijzen, en dus heb je ze niet zomaar op tafel staan. Dat hoeft natuurlijk niet erg te zijn, maar soms wil je gewoon graag SNEL, toch? 

Ik ging dus aan het knutselen met broodjes die niet hoeven te rijzen. Zou dat kunnen? Ik wilde geen sodabrood (dat hoeft ook niet te rijzen), omdat ik die toch altijd een beetje anders vind smaken. Sodabrood is heerlijk, maar voor kaneelbroodjes wil ik gewoon wit brooddeeg. Dan komt de smaak van de suiker & kaneel in elk geval goed tot zijn recht. 

En mijn experiment is meer dan geslaagd! De broodjes kwamen in één keer goed uit de oven: met lekker luchtig brooddeeg en een heerlijke vulling. Ik had alleen voor de glazuurlaag wat zachtere boter moeten gebruiken; er zijn toch een paar klontjes in blijven zitten. Maar voor de smaak maakt dat niet uit. Vooral onze jongste is he-le-maal blij met deze zoete broodjes! 

Ingrediënten voor 10 broodjes

• 360 gram bloem
• 30 gram fijne kristalsuiker
• 15 gram gezeefde bakpoeder (1 zakje)
• 1 theelepel zout
• 55 gram ongezouten roomboter
• 180 ml halfvolle melk

Voor de vulling:

• 75 gram ongezouten roomboter, op kamertemperatuur (smeerbaar)
• 150 gram bruine basterdsuiker
• 1 eetlepel kaneel

Voor de glazuur:

• 55 gram zuivelspread naturel light
• 25 gram ongezouten roomboter, gesmolten
• 1/2 theelepel vanille-extract
• 25 ml halfvolle melk

En zo maak je ze

1. Verwarm de oven voor op 180 graden. Bekleed de bodem van een springvorm van 24 cm doorsnede met bakpapier en zet daarna de rand om de vorm. Vet de randen van de vorm in. 
2. Meng met je handen de bloem, kristalsuiker, gezeefde bakpoeder (echt even zeven, anders zitten er allemaal klontjes in), zout en roomboter tot een kruimelig deeg. Voeg daarna de melk toe en kneed het in een paar minuten tot een soepel deeg.
3. Rol het deeg op je werkblad met een deegroller uit tot een rechthoekige deeglap van ongeveer een halve centimeter dik. 
4. Besmeer de deeglap met de 75 gram roomboter. Meng de bruine basterdsuiker en kaneel door elkaar en strooi dit over de hele deeglap. 
5. Rol de deeglap op vanaf de breedste kant. Snijd de deegrol daarna in 10 even brede stukjes. Leg de stukjes op zijn kant (zodat je de spiraal aan de bovenkant ziet) in de springvorm. 
6. Bak de broodjes in 25-30 minuten gaar in de oven. 
7. Meng ondertussen de ingrediënten voor de glazuurlaag door elkaar. Giet dit over de verse kaneelbroodjes. De broodjes zijn zowel warm als koud heel erg lekker!