Shortbread is een heerlijk kruimelig, zoet koekje. Je hebt er maar vier ingrediënten voor nodig en het is super simpel om te maken! 

Shortbread is een Engels zandkoekje. Het échte shortbread wordt gemaakt van één deel suiker, twee delen bloem en drie delen boter (dus bijv. 100 gram suiker, 200 gram boter en 300 gram bloem). Tegenwoordig wordt daar nogal eens van afgeweken, maar ik hield de originele verhoudingen aan. Met goede recepten moet je niet knoeien ;-)

Omdat 't zulke brosse koekjes zijn heten ze 'shortbread': 'short' betekende ook wel 'kruimelig'. 't Zijn echt de makkelijkste koekjes ooit. Vier basic ingrediënten die je bijna altijd wel in de kast hebt staan & je hoeft geen vormpjes uit te steken, deeg te koelen of allerlei apparatuur te gebruiken. En met die lekkere suikerlaag er boven op een koekje dat je kinderen gegarandeerd lusten :-)

Ingrediënten

• 60 gram fijne kristalsuiker
• 120 gram koude roomboter, in blokjes
• 180 gram bloem
• mespunt zout
• een handje fijne kristalsuiker om te bestuiven

En zo maak je het

1. Verwarm de oven voor op 150 graden.
2. Vet een laag bakblik in. Ik gebruik vaak een langwerpig laag bakblik (met een losse bodem, makkelijk om de koek er weer uit te halen), maar je kunt ook een rond of vierkant bakblik gebruiken. 
3. Kneed de bloem, boter en suiker met je handen door elkaar tot een kruimelig deeg. Het hoeft geen stevige deegbal te worden, het moet kruimelig blijven.
4. Druk het deeg in de vorm. 
5. Snijd met een scherp mes alvast koekrepen; daardoor kun je straks makkelijker koeken er uit snijden. Prik er met een vork gaatjes in.
6. Zet het shortbread in de oven en bak het in 45-50 minuten goudbruin.
7. Haal uit de oven en snijd nogmaals het shortbread in koekrepen. Strooi terwijl het shortbread nog warm is een laag fijne suiker er over heen. Laat daarna afkoelen op een rooster.