Een kwarktaart met koeienvlekken! Aan de bovenkant van de taart zie je er niks van, maar als je 'm in punten snijdt zie je allemaal mooie bruine koeienvlekken in de taart. Leuk hè? Ik maakte 'm met straciatellakwark. 

Het is helemaal niet zo lastig om 'm te maken - de kunst is om de éne kwarkkleur net wat sneller te laten opstijven voor je 'm in de taartvorm schept dan de andere kleur kwark. Ik liet de bruine kwark wat steviger worden, zodat ik 'm in dikke klodders in de vorm kon scheppen. De witte kwark was toen nog behoorlijk vloeibaar, en die goot ik er daarna overheen. Omdat die kwark nog zo dun was vulde hij mooi alle gaatjes op, zodat je een taartvulling zonder gaten krijgt. En voilà: dan heb je een koeienvlekkentaart!

Omdat er ook nog extra cacao door heen zit is de taart wel een stukje machtiger geworden. Je hoeft er dus niet al te dikke punten van te snijden. Meestal snijd ik een grote kwarktaart in 12 punten, maar deze kun je ook prima in 16 taartpunten snijden. 
 

Ingrediënten voor 1 taart van 12-16 stukjes

Voor de taartbodem:

• 240 gram biscuitjes met kaneel (bijvoorbeeld Verkade Nizza koekjes) 
• 145 gram roomboter

Voor de bruine koeienvlekken:

• 250 ml slagroom
• 3 eetlepels suiker
• 450 gram straciatella kwark
• 2 eetlepels citroensap
• 5 theelepels cacaopoeder
• 100 ml melk
• 12 blaadjes gelatine

Voor de witte koeienvlekken:

• 250 ml slagroom
• 3 eetlepels suiker
• 450 gram straciatella kwark
• 2 eetlepels citroensap
• 100 ml melk
• 12 blaadjes gelatine

 En verder:

• slagroom en chocoladekrullen (of iets dergelijks) om de taart mee te versieren. 

En zo maak je 'm

1. Verkruimel de koekjes tot koekkruim. Dat kan met de keukenmachine, maar je kunt de koekjes ook in een zip-zakje doen en ze daarna met een deegroller plat slaan/rollen. 
2. Smelt de boter in een pannetje of in de magnetron. Meng de gesmolten boter met de koekkruimels.
3. Leg een vel bakpapier over de bodem van een grote ronde springvorm van 24 cm en zet daarna de rand er om heen. Doe de koekkruimels op de bodem van de vorm, strijk het met de bolle kant van een lepel glad en zet de vorm daarna in de koelkast.
4. Vul 2 schaaltjes met koud water. Leg in elk schaaltje 12 gelatineblaadjes om 5 minuten te weken, totdat de blaadjes zacht zijn.
5. Maak eerst de bruine koeienvlekken. Klop in een grote kom de slagroom met de suiker op. Voeg daarna de kwark, citroensap en cacaopoeder toe en mix door elkaar.
6. Verwarm de melk voor de bruine vlekken in een pannetje op laag vuur. Het mag niet gaan koken. Knijp 12 gelatineblaadjes uit en roer ze één voor één door de warme melk, totdat ze helemaal opgelost zijn. Laat het mengsel nu even staan, zodat het wat afkoelt. 
7. Maak nu de witte koeienvlekken. Klop in een grote kom de slagroom met de suiker op. Voeg daarna de kwark en citroensap toe en mix door elkaar.
8. Verwarm de melk voor de witte vlekken in een pannetje op laag vuur. Het mag niet gaan koken. Knijp de andere 12 gelatineblaadjes uit en roer ze één voor één door de warme melk, totdat ze helemaal opgelost zijn. 
9. Mix het afgekoelde melk-gelatinemengsel door het bruine kwarkmengsel. Zet even aan de kant. 
10. Mix het warme melk-gelatinemengsel door het witte kwarkmengsel. 
11. Waarschijnlijk is het bruine kwarkmengsel nu al wat dikker en steviger geworden (zo niet, wacht dan nog een minuutje) en is het witte kwarkmengsel nog vloeibaar. Schep met een grote lepel de helft van de bruine kwark in 'dotten' op de de taartbodem (laat wat ruimte tussen de verschillende hoopjes). Giet er daarna de helft van het witte kwark overheen.
12. Verdeel vervolgens de rest van de bruine kwark in hoopjes over de taart. Giet tot slot het witte kwarkmengsel er over heen. 
13. Zet de taart in de koelkast en laat hem in een paar uur opstijven.
14. Versier de taart met bijvoorbeeld slagroom en chocoladekrullen, -snippers of -sterren.