Knapperig van buiten, een beetje zacht van binnen en grote brokken chocolade er in. Wat wil je nog meer in een koekje?

Als je deze chocolade koekjes een keer hebt gemaakt, dan ga je ze gegarandeerd vaker bakken. Ik waarschuw je maar vast. 

Deze koeken maakte ik trouwens al meer dan twee jaar geleden, voordat ik deze website had. Ik had er toevallig nog een foto van én de krabbels over het recept, maar die had ik niet helemaal goed overgenomen op de site. Dus tijd voor een herziening: ik heb de koeken maar weer een keer gebakken (hè, wat een straf) & het recept verbeterd. Kon ik meteen even betere foto's maken! 

Ingrediënten voor 15 koeken

• 25 gram pure chocolade
• 15 gram roomboter
• 125 gram bruine basterdsuiker
• 1 medium ei
• 60 gram bloem
• 13 gram cacaopoeder
• 4 gram bakpoeder
• snuf zout 
• 75 gram pure chocolade, in kleine blokjes
• kommetje poedersuiker

Bereiding

1. Smelt de 25 gram chocolade en roomboter au-bain marie. Haal daarna uit het pannetje en giet in een mengkom. 
2. Roer met een lepel de suiker en ei door het mengsel. 
3. Voeg daarna de bloem, cacaopoeder, bakpoeder en zout toe. Roer alles goed door elkaar. 
4. Meng tot slot de chocoladestukjes er door heen. 
5. Zet het beslag in de koelkast en laat het daar minstens één uur opstijven.
6. Verwarm de oven voor op 180 graden. 
7. Maak van het deeg 15 balletjes (ongeveer zo groot als een bakker) en rol de balletjes door de poedersuiker. Leg ze op een met bakpapier beklede bakplaat. Zorg dat er zoveel mogelijk ruimte tussen de balletjes zit, want de koeken lopen tijdens het bakken flink uit! Als de poedersuiker op de balletjes die je als eerste hebt gemaakt al wat is gesmolten, rol ze dan desnoods nog een tweede keer door de poedersuiker.
8. Bak de koeken in ongeveer 15-17 minuten gaar. Laat de koeken op een rek afkoelen. Ze zijn nog zacht als ze uit de oven komen, maar als ze afkoelen worden ze steviger.