Hoe noemen jullie deze koeken gevuld met amandelspijs? Ik dacht altijd dat het pencees waren, maar ze worden ook wel rondo's genoemd. Ze zijn trouwens met beide namen net zo lekker; dat maakt natuurlijk helemaal niks uit. Alle koeken waren hier zomaar op!
Ik mag trouwens wel eens op zoek gaan naar wat kleinere bakringen. Ik heb alleen maar bakringen van 8 cm doorsnede en dat levert echt enorme koeken op. Al vinden de mannen het helemaal niet nodig dat ik kleinere ringen koop: "Maak maar lekker grote koeken hoor!"
Ik snijd ze voor mezelf voor de helft, dan heb je een prima formaat koek. Kan net zo goed, maar het lijkt natuurlijk wel minder mooi, zo'n halve koek! Dus ik denk dat ik toch maar eens op zoek ga naar ietsiepietsie subtielere bakringen. En dan bak ik gewoon méér koeken! :-)
Ingrediënten voor 8 grote pencees (of meer, als je kleinere bakringen hebt)
- 300 gram bloem
- 7,5 gram bakpoeder, gezeefd
- snuf zout
- 225 gram koude ongezouten roomboter, in kleine blokjes
- 150 gram witte basterdsuiker
- 300 gram amandelspijs
- 1,5 middelgroot ei, geklutst (bewaar het overblijvende halve ei voor het bestrijken)
- 50 halve amandelen
En verder heb je nodig:
- 8 bakringen van 8 cm doornsnede (en evt. eentje extra voor het uitsteken)
En zo maak je ze
- Roer de bloem, bakpoeder en zout door elkaar. Doe de boter er bij en maak er met je handen kruimels van. Doe daarna de suiker er bij en kneed het kort tot een deeg.
- Verdeel het deeg in twee delen. Druk beide delen tussen twee vellen bakpapier tot platte schijven. Leg ze 1 uur in de koelkast.
- Kneed de spijs en 1,5 ei door elkaar.
- Verwarm de oven voor op 175 graden. Bekleed een bakplaat met bakpapier. Zet de bakringen op de bakplaat.
- Steek met een bakring 8 rondjes uit de ene lap deeg (rol de lap zo nodig nog wat beter uit met een deegroller). Leg de rondjes in de bakringen op de bakplaat. Maak met de restjes overgebleven deeg 8 lange reepjes, die je daarna in de bakringen tegen de wand aan legt, zodat je een klein opstaand deegrandje krijgt. Druk voorzichtig aan.
- Vul elke koek met de amandelspijs, tot aan de bovenkant van de opstaande deegrand. Je hebt misschien niet alle spijs nodig.
- Verdeel de tweede deeglap in 8 even grote stukken. Druk die in een deegring uit tot een mooie rond deeglapje. Leg dat in elke bakring bovenop de spijs & druk aan de randjes voorzichtig aan. Je kunt trouwens ook het deeg uitrollen en er daarna met een bakring cirkels uitsteken, maar dan houd je zoveel deeg over.
- Druk in elke koek 5 halve amandelen.
- Bestrijk elke koek 1 keer met het overgebleven halve geklutste ei. Bestrijk elke koek daarna nóg een keer met ei. Door dat twee keer te doen krijg je straks koeken met een mooie glimmende bovenkant.
- Schuif de bakplaat in de oven & bak de koeken in 25-28 minuten goudbruin. Haal de bakplaat uit de oven en haal meteen de bakringen om de pencees weg. Laat de koeken daarna helemaal afkoelen.
Meer foto's (en het recept) vind je hier.
Reactie plaatsen
Reacties