Deze zomer kampeerden we, net als twee jaar geleden, weer drie weken in het zuiden van Slowakije. Dit keer zaten we echt letterlijk op de grens met Hongarije: we stonden met onze tent namelijk naast de rivier de Ipel, en die loopt precies op de grens tussen beide landen. We hadden een prachtig plekje bij een oud landhuis, met een heel mooi uitzicht.
De omgeving
Hoewel we twee jaar geleden niet zo heel ver van deze camping af zaten (zie hier voor een verslagje van die vakantie) hebben we dit jaar toch echt totaal andere plaatsen bezocht. We kampeerden op de grens van het Novohrad-Nógrád Geopark, een gebied vol met bijzondere historische, culturele en/of geologische plaatsen. Het geopark ligt half in Hongarije en half in Slowakije; we zijn dus in beide landen veel geweest. Echt een prachtig gebied!
Het is ook een arm gebied - er staan veel vervallen huizen en schuren en kapotte auto's, en er wonen veel zigeuners. Maar dat doet er niks aan af, wat ons betreft. Het is er zo mooi; één en al natuur, en amper toeristen. De Slowaken en Hongaren zijn vriendelijk, en ook al spreken zij amper Engels en wij bijna geen Hongaars of Slowaaks, met handen en voeten komen we er altijd wel uit. En Google Translate is zo nodig ook handig ;-)
Verder op deze pagina kun je meer lezen over een aantal mooie locaties die zeker het bezoeken waard zijn als je in deze omgeving bent. En als je er daarna nog meer over wilt weten, vraag dan gerust!
De camping
We hadden deze zomer een prachtig plekje op een mini-camping: het grootste deel van onze vakantie waren we de enige gasten! Daar houden wij wel van :-) Met de eigenaren van de camping hebben we heel wat gezellige uurtjes doorgebracht, en de jongens waren gek op de twee grote honden. De laatste nacht hebben we overnacht in het oude landhuis uit 1905 - waar al zo'n jaar of 60 niemand meer in heeft geslapen! Nou ja, een paar vleermuizen, wat muizen en een kerkuil; tellen die ook mee? De jongens vonden dat eerst wel even spannend, omdat het gebouw nog niet is gerestaureerd (wat wel de bedoeling is) en de meeste ramen nog zijn dichtgemetseld. Maar toen ze het huis eenmaal van binnen hadden gezien vonden ze het helemaal niet meer griezelig. Zo mooi, zo'n huis met zoveel historie! Onze handen gingen er ook al van jeuken; wat zouden we dat graag willen opknappen. Maar het is niet te koop, werd ons meerdere malen nadrukkelijk verteld, haha!
De eigenaren van de camping verhuren ook 2 vakantiehuizen in de omgeving, dus als je wel naar dit gebied zou willen, maar niet wilt kamperen, is dat zeker ook een aanrader! Op http://onthaasteninslowakije.nl kun je er meer over lezen. Eigenlijk wil ik helemaal niet vertellen waar je de camping kunt vinden, want straks gaat iedereen massaal hierheen en hebben we dit mooie plekje niet meer voor ons alleen... ;-) Mocht je trouwens liever naar een wat grotere camping met meer mensen en kinderen gaan, dan is camping Lazy ook een aanrader; hier zaten we in 2016.
Het weer
... dat was echt prachtig: elke dag tussen de 27-37 graden. Op twee momenten na: de lokale hoosbui die we in Kazár op ons dak kregen (zie hieronder) en de storm die op een avond over de camping raasde. Die kwam die keer niet uit de vallei, zoals meestal het geval is, maar vanuit een totaal andere hoek. En daardoor kregen we de wind vol in de luifel van onze grootste tent. Onze De Waard tent is wel bestand tegen een flinke storm, maar deze windstoten zo vol in de luifel, in combinatie met rotspennen en haringen die heel gemakkelijk weer uit de rotsige grond vlogen... daar had 'ie het toch wel erg moeilijk mee. LJ en Wander zaten vanuit hun tentje (die lekker veilig met de kont in de wind stond) toe te kijken hoe wij samen in de stromende regen aan de stokken en de luifels hingen om de tent niet in de lucht te laten vliegen. Nat tot op ons gat natuurlijk, haha! We waren trouwens niet de enigen, want de campingbeheerders hingen op hetzelfde moment aan de glasplaten op hun balkon. :-) Door de storm viel de stroom uit, maar op ons gasstel konden we (toen het ergste voorbij was) toch nog water voor de thee koken. Dus we hebben gezellig samen met de camping eigenaren in onze tent thee gedronken. De volgende dag zagen we overal in de omgeving omgewaaide bomen en andere stormschade; het was echt een beste bui.
De reis
"Is Slowakije niet ver weg?" is ons al regelmatig gevraagd. Nee hoor, dat valt reuze mee. Op de heenreis hebben we overnacht in een hotel in Bratislava, zodat we niet midden in de nacht de tent op hoefden te zetten. De terugreis hebben we gewoon in één keer gedaan: om 06.00 uur vertrokken, en om 01.45 uur weer thuis in Leeuwarden. Inclusief een beetje panne in Tsjechië, waar we door een lekke band een paar uur vertraging opliepen. Door de kar achter de auto konden we niet super snel rijden, maar we kunnen elkaar wel afwisselen achter het stuur, dat scheelt weer.
Na de storm... In de stromende regen en harde wind hadden we de luifel zo veel mogelijk naar beneden afgespannen en op alle mogelijke plekken vast gemaakt. Hij zat zelfs met spanbanden aan het oude huis vast! :-) Geen gezicht zo natuurlijk. De volgende dag hebben we de tent maar gauw weer in ere hersteld.
Met de auto-ambulance naar een Tsjechische garage. Was ook wel weer een belevenis! ;-)
Hier zaten we: in Pet'ov, helemaal in het midden-zuiden van Slowakije.
Aanraders in de omgeving
Šomoška (slowakije)
Op de grens van Hongarije en Slowakije staat niet alleen een vervallen kasteel, maar is ook een prachtige stenen waterval. Die moet je beslist gaan bekijken als je in de omgeving bent! Om de ruïnes te bekijken moet je een klein bedrag betalen. Niet dat je dan veel extra's te zien krijgt, maar goed (het wordt vast gebruikt voor het onderhoud). Vanaf het kasteel loop je over het wandelpad in een minuut of 10 via trappetjes een stuk naar beneden naar de stenen waterval, die ontstaan is bij een vulkaanuitbarsting. Heel bijzonder om te zien! De stenen staven zijn o.a. gebruikt voor de bouw van het kasteel.
Vanuit dit punt kun je verder wandelen naar een 'stenen zee', een groot gebied in het midden van het bos dat alleen maar uit stenen bestaat. En als je nog weer verder wandelt kom je bij een uitzichttoren van waaraf je een prachtig uitzicht hebt op het kasteel en een verderop in Hongarije gelegen ruïne. Zover zijn wij niet gekomen overigens; de mannen wilden niet een lang stuk wandelen.
Exacte locatie: Google Maps. Als je vanuit Hongarije, door het dorpje Somoskö, naar het kasteel rijdt, kun je er dicht bij parkeren. Je kunt het kasteel ook vanuit Slowakije bereiken, maar dan moet je nog 45 minuten wandelen.
Paris patak szurdokvölgye (Hongarije)
Dit verstopte stukje natuur is zeker de moeite waard om doorheen te wandelen: Páris patak szurdokvölgye ("De kloof van de Parijse kreek"). Een vroegere rivier heeft een diepe kloof in de rotsen gesleten, waardoor je de lagen steen goed kunt zien. Je kunt via trappetjes een stuk op de bovenkant van de kloof lopen en dan door de kloof weer naar beneden wandelen. Je moet wel even zoeken waar je het beste veilig in de kloof kunt komen, want dat staat niet goed aangegeven. Je kunt ook direct een tweede kloof in lopen (zonder trappetjes), waar vooral de rotslagen goed zijn te zien. Deze tweede kloof loopt dood, dus je loopt dezelfde route weer terug.
Exacte locatie: Google Maps. Goed opletten als je hier naar toe wilt, want je rijdt er zo aan voorbij! Langs de weg staat París patak met bruine borden aangegeven en dan ben je er ook al bijna meteen. Steek via het zandpad de spoorweg over en parkeer daar de auto.
Kazár (hongarije)
In de bergen bij het dorp Kazár kun je op de maan wandelen. Dit witte maanlandschap (Rilote tufa) is zo'n 20 miljoen jaar geleden ontstaan bij een vulkaanuitbraak. Omdat de grond nergens voor te gebruiken is en er niks op kan groeien, wordt het ook wel de 'Bad lands' genoemd.
Wij hebben trouwens het bewijs gezien dat er water is op de maan! We zijn namelijk bij een stralende zon en 35 graden naar de Bad Lands gewandeld... en daar kregen we wel zó'n enorme (maar heel erg plaatselijke) bui op ons dak, dat we tot op ons ondergoed nat zijn geregend. Heel idioot om daarna als verzopen katten aan te komen in het dorp en vervolgens de camping, waar gewoon een blauwe lucht en een stralende zon was, haha!
Exacte locatie: Google Maps. Dit is de locatie waar je je auto kunt parkeren. Van hieruit wijzen bordjes je de route naar de Bad Lands. Het is nog wel een flinke klim; je bent zeker een uur onderweg naar de Bad Lands. Daarna kun je langs de Bad Lands weer naar beneden komen, terug naar de parkeerplaats.
Divín (slowakije)
In het dorpje Divín liggen de ruïnes van een middeleeuws kasteel uit de 13e eeuw. Het kasteel speelde een belangrijke rol als een anti-Turks fort in de 16e eeuw. De ridder Imrich Balassa woonde hier in de 17e eeuw en ondernam aanvallen in zijn omgeving. Na zijn dood werd het kasteel veroverd door de keizerlijke troepen in 1683 en viel het in verval. De ruïnes zijn gratis te bezoeken.
Vanuit het kasteel kijk je uit op het stuwmeer bij Divín. Hier kun je zwemmen; er is een strandje (met steentjes) dat langzaam afloopt, dus ook geschikt voor kleine kinderen. Je betaalt een klein bedrag wanneer je bij het bewaakte deel wilt zwemmen. Hier zijn ook een aantal eettentjes. Geen idee wat de kwaliteit daarvan is, wij hebben er zelf niet gegeten. Je kunt trouwens ook vissen in het meer.
Exacte locatie: Google maps. De auto kun je in het dorp parkeren en daarna lopend de berg op naar het kasteel; je bent er in een paar minuten.
Hollókő (hongarije)
Het Hongaarse dorp Hollókő staat sinds 1987 op de UNESCO werelderfgoedlijst. In het dorp is de bebouwing uit de 17e en 18e eeuw goed bewaard gebleven. In veel van de witte huisjes is een museum of winkeltje; voor sommigen moet je betalen om binnen te komen. Vanaf de burcht bovenop de heuvel heb je een prachtig uitzicht over de groene omgeving. De burcht zelf is gerestaureerd en deels weer ingericht. Je moet betalen om binnen te komen.
Exacte locatie: Google maps. Een goede topografische kaart vind je hier. Je kunt de auto parkeren op de openbare parkeerplaats en vandaar naar het kasteel wandelen. De route daar naar toe is niet steil en prima te lopen. Vanaf het kasteel kun je de berg af naar het dorp lopen en van daar uit weer terug naar de parkeerplaats.
Bér (Hongarije)
Vlak bij het Hongaarse dorp Bér ligt de Nagy-Hegyi (Grote Heuvel). Boven op de heuvel vind je een groot aantal horizontale stenen staven, die zijn ontstaan door een vulkaanuitbarsting van 8 tot 10 miljoen jaar geleden. Vanuit het dorp is het een flinke klim van 2,7 km omhoog. De route staat goed aangegeven. Afgezien van één stuk door een weide gaat de route grotendeels door het bos. Op de heuvel staat een soort 'huisje' waarbij alle soorten steen die hier te vinden zijn staan aangegeven. Vanaf dat punt kun je naar de staven klauteren. Dat zijn steile stukken, dus goede schoenen zijn wel handig!
Exacte locatie: Google maps. Je kunt de auto parkeren aan het einde van de Kossuth út in Bér (zoals wij deden), of in het centrum van het dorp. Hier staat een goede topografische kaart.
Boedapest: het tropicarium (hongarije)
In Boedapest is uiteraard enorm veel moois om te bekijken. Eigenlijk moet je er gewoon meerdere dagen heen en vanuit een hotel of pension de stad verkennen! Twee jaar geleden zijn we met zijn vijven de binnenstad in geweest. Dit jaar bezochten we het Tropicarium: een soort mini-dierentuin, met vooral waterdieren (waaronder haaien en roggen) en een aantal insecten. Onze Wander is helemaal gek van haaien, dus hij vond dit geweldig! Het Tropicarium is niet héél groot; in een uurtje ben je er wel door heen. Maar het is leuk opgezet en voor kinderen is het precies lang genoeg. Het mooiste stuk is het mega grote aquarium met haaien en roggen er in, waar je in een tunnel dwars doorheen kunt lopen. Het Tropicarium zit middenin een groot winkelcentrum, dus je kunt het combineren met een middagje shoppen. Houd wel rekening met drukte op de wegen in en rondom Boedapest.
Exacte locatie: Google Maps. Je kunt de auto voor de deur op een groot parkeerterrein kwijt.
Fil'akovo (slowakije)
Midden in Fil'akovo staan de ruïnes van een kasteel dat in elk geval al in de 13e eeuw bestond. Hoewel de vesting van het kasteel het moest verdedigen tegen de Turken, veroverden zij het toch in 1554. In het museum, dat in de gerestaureerde toren van het kasteel zit, is daar nog één en ander van te zien. De jongens vonden het skelet en de haaientanden in het museum overigens veel interessanter! :-)
Vanuit de top van het kasteel heb je uitzicht over de stad en de heuvels. Dicht bij het kasteel staan jammer genoeg een groot aantal lelijke flatgebouwen; dat bederft dat uitzicht nogal.
Exacte locatie: Google Maps. Wij parkeerden de auto in het centrum (naast de Billa, konden we daarna meteen even boodschappen halen) en liepen vandaar uit het kleine stukje naar het kasteel. Maar vlak naast het kasteel is ook een parkeerplaats.
Ipolytarnóc (Hongarije)
In Ipolytarnóc kun je in oude rivierbeddingen de pootafdrukken van prehistorische dieren zien, en een enorme versteende boom. Daarnaast kun je een (korte) 4D-film bekijken over het gebied en de dieren die er hebben geleefd (dat vonden de jongens uiteraard erg leuk). Ook is er een kort boompad. Voor alle drie onderdelen moet je apart betalen; je kunt er ook voor kiezen om maar één of twee onderdelen te doen.
De fossielen kun je alleen bekijken onder leiding van een Hongaarse gids; dat duurt ongeveer een uur tot anderhalf uur. Als je geluk hebt spreekt die gids ook Engels (wij hadden zoveel mazzel, maar dat is niet altijd het geval). Je krijgt wel een printje met de uitleg in het Engels mee. Voor de jongens duurde de tour met de gids natuurlijk enorm lang...!
Vanaf het park kun je een langere wandelroute door de bergen maken; daarvoor hoef je niet te betalen. Er is een speeltuintje en een eenvoudig restaurantje bij de parkeerplaats.
Exacte locatie: Google maps. In het dorp wordt het park ook met bordjes aangegeven.
Pribelce (slowakije)
In de niet meer gebruikte afgraving in Pribelce kun je gratis zoeken naar fossielen. Neem een schepje en een zeef mee, en zoeken maar! Twee jaar geleden zijn we hier ook met de jongens geweest, en ze vonden dat zo leuk dat ze heel graag nog een keer wilden. Ook al moet je wel geduld hebben en niet te snel opgeven: twee jaar geleden vonden we één haaientand, en dit jaar ook maar eentje, en een stukje van een inktvis (of iets dergelijks). Het maakte de jongens niet uit, die hebben zich kostelijk vermaakt. :-) Mocht je ook fossielen willen gaan zoeken, dan kun je het beste in de ochtend gaan. Dan staat de zon dusdanig dat je in de schaduw kunt zoeken.
De enorm hoge wand van de afgraving is trouwens ook prachtig en indrukwekkend (op de foto hierboven lijkt 'ie bol, maar dat komt door de panoramafoto). Vanuit dit punt kun je ook goed door de bergen wandelen; er komen een aantal wandelpaden samen. Die routes hebben wij zelf niet gelopen overigens.
Exacte locatie: Google Maps. Op de doorgaande weg door Pribelce sla je bij het voetbalveld af en rijd je het dorp in. Het pad rijd je helemaal uit totdat je bij de afgraving bent.
Szécsény (Hongarije)
Szécsény is een mooi stadje waar we eigenlijk te weinig aandacht aan hebben besteed: we deden er vooral boodschappen en haalden er ijsjes - er zit een hele lekkere ijszaak. Het 14e eeuwse Forgách Castle is te bezichtigen - er zit een museum in, met o.a. een aantal ingerichte kamers, jachttrofeeën, geologische exposities en schilderijen - maar daar zijn we niet aan toe gekomen. Het kasteel ligt aan een pleintje met nog meer mooie oude gebouwen; je kunt de auto voor de deur parkeren. Aan de andere kant van het kasteel ligt een meertje. Je kunt ook door de kasteeltuin wandelen.
Ook de 'scheve' toren in het centrum, de Tűztorony, kun je tegen betaling beklimmen. Er zit een expositie in over de geschiedenis van de brandweer. Wij zouden op één van onze eerste vakantiedagen de toren al bekijken, maar we hadden toen nog geen Hongaars geld. We zouden later een tweede poging wagen, maar dat is er dus bij gebleven!
Exacte locatie: Google maps.
Reactie plaatsen
Reacties
leuk!