Een ovenschotel met pasta gaat er altijd wel in! Dit keer geen lasagne of cannelloni, maar Trofie pasta met spinazie, geitenkaas, walnoten en een tomaten-roomsaus.
Waarschijnlijk heb je nog nooit van Trofie pasta gehoord: een pastasoort uit de Italiaanse streek Ligurië. Het zijn met de hand gerolde kronkelige vormpjes van tarwebloem en water. Je kunt ze gewoon in de supermarkt kopen. In Ligurië maken ze Trofie vaak met pesto klaar, maar ik maakte er dus een ovenschotel met spinazie, geitenkaas en walnoten mee.
In plaats van Trofie kun je trouwens ook prima een andere pastasoort gebruiken hoor. Kies dan wel voor een kleine pastavorm. Als je grote penne ofzo gebruikt, steekt de pasta al snel boven de saus uit & dan wordt het tijdens het bakken helemaal hard. Een kleine pastasoort kun je gemakkelijker bedekken met de saus!
Ingrediënten voor 2 personen
- 200 gram ongekookte Trofie pasta (smalle pastareepjes) of een andere pastasoort
- 2 tenen knoflook, gesnipperd
- 2 rode uien, gesnipperd
- 160 gram gekruid gehakt
- 400 gram spinazie, uit de diepvries, ontdooid en het vocht er uit gedrukt
- 300 gram tomato frito (tomatensaus)
- snuf peper
- snuf zout
- 200 ml kookroom
- 100 gram geitenkaas
- 75 gram walnoten
En zo maak je 't
- Verwarm de oven voor op 200 graden.
- Kook de pasta beetgaar en giet af.
- Verhit wat olie of boter in een wok. Fruit de ui en knoflook 1-2 minuten. Voeg dan het gehakt toe en bak het rul. Voeg de spinazie toe en roerbak kort mee.
- Meng de tomato frito door de groenten en gehakt. Roer de gekookte pasta er door heen. Breng op smaak met peper en zout.
- Schep alles in de ovenschaal. Giet de kookroom er over en verbrokkel daarna de geitenkaas over de schotel. Strooi tot slot de walnoten er over.
- Zet de ovenschaal in de oven en bak de schotel in 30 minuten gaar. Als je 'm meteen na de voorbereiding in de oven schuift is 20 minuten waarschijnlijk wel genoeg, maar als je de ovenschotel al eerder hebt klaar gezet en je 'm dus helemaal koud in de oven zet, heb je zeker 30 minuten nodig.
Meer foto's (en het recept) vind je hier.
Reactie plaatsen
Reacties